Werkwijze

De deelnemer (supervisant; ben jij dat?) bepaalt zelf in de loop van de reeks gesprekken
welke actuele ervaringen en vragen voor haar /hem/ jou op dat moment van belang zijn.
Deze worden met behulp van de begeleider (supervisor; mij) bewerkt.

Hierdoor ontwikkel je een beter inzicht in je functioneren binnen het beroep:

  • Welke aspecten en patronen functioneel en welke minder functioneel zijn
  • Hoe je deze kunt veranderen zodat het beroeps functioneren meer voldoet aan de gewenste of gestelde eisen
  • Wat je kunt doen om de eigen beroepsbeoefening blijvend te verbeteren

  • Daarbij is aandacht voor de wijze van (methodisch) handelen, de belevingen, de intenties,
    de opvattingen en het referentiekader van de supervisant in hun onderlinge samenhang,
    maar ook voor de verwachtingen en de realiteit van de organisatiecontext.
    Een individueel supervisietraject bestaat uit een reeks van 15 bijeenkomsten
    van gemiddeld 1 - 1,5 uur met intervallen van 2 of 3 weken.
    Voor groepssupervisie (max. 4 personen) geldt een zelfde aantal bijeenkomsten en intervallen,
    maar dan van minimaal 2 uur.

    Zowel het aantal bijeenkomsten als de intervallen worden in onderling overleg vastgesteld en op het leerproces van de supervisant afgestemd.
    Het initiatief tot het nemen van supervisie kan uitgaan van een organisatie, een opleiding en/of van de supervisant zelf.