Cycle tours South Island NZ februari 2006 (6/6) |
||||||||||
16e etappe Westport-Murchison 20 februari |
||||||||||
Vandaag verlaten we de westkust met de Tasmanzee. Het is wat bewolkt. Dat komt niet slecht uit want er staat we een etappe van meer dan 100 km op de rol. Volgens de reisleider is er onderweg niet veel te krijgen. Maar na circa 30 km is er toch een leuk café en is een cappuccino ons deel. We fietsen langs de rivier de Buller. We bezoeken kort een museum over de grote aardbeving die in White Creek Fault in 1929 plaats vond. De krantenberichten e.d. uit die tijd klinken rampzalig. Het is een mooi dal of gorge zoals ze hier zeggen. Geleidelijk krijgen de heuvels een wat ander aanzicht. De bossen worden minder dicht. Ook zien we dat bomen soms op een rij staan. Dit,en het feit dat we zware trucks zien, beladen met boomstammen, rechtvaardigt de conclusie dat er sprake is van bosbouw. Het wordt steeds warmer. Het laatste stuk steekt ook de wind nog flink op, maar gelukkig staat die in de rug. We zijn prettig vermoeid als we op de erg eenvoudige camping (vooral de douches) in het eerste dorp in ruim 100 km sinds Westport aankomen. |
||||||||||
|
||||||||||
19e etappe Nelson-Havelock 24 februari |
||||||||||
Het is alweer mooi weer, maar het gaat nooit vervelen. We hebben echt geluk. We verlaten Nelson op bijna dezelfde manier als dat we gisteren naar het centrum zijn gereden. Eerst rijden we nog een stuk langs de Tasman Bay. Dan gaat het landinwaarts. We nemen een zadel op 350 m(Wangamoa) en 250 m (Rai-Saddle). De weg, nog steeds de 6, is smal en druk met veel verkeer, vooral vrachtauto's. Er is vaak weinig ruimte om te passeren. Vooral als vrachtauto's onze fietsen inhalen, geeft dat een behoorlijk onveilig gevoel. Vooral vrachtauto's hebben in NZ weinig respect voor fietsers. Marjo heeft het er best moeilijk mee. De afdaling van de 2e col is zo stijl, mooi en overzichtelijk dat we als een speer naar beneden kunnen. Ik klok 69 km/u, een record, maar durf vanwege de concentratie amper op de teller te kijken. Sommige bereiken zelfs bijna de 80 km/u. Bij Pelorus Bridge gebruiken we de lunch en blijven we een poosje aan de rivier zitten. Havelock is aardig plaatsje met veel cafés en een mooie jachthaven. Ook de camping is best goed. Het heeft een grote jachthaven die rechtstreeks verbinding heeft met de zee. Het is beroemd vanwege de mosselen. Dat laatste komt goed tot uitdrukking tijdens het diner. Het is deze laatste keer een extra mooie maaltijd met veel hapjes, salades, pasta, brood enz. Ook het dessert en aangeklede koffie is geweldig. We gaan dan ook heel voldaan voor de laatste keer de tent in. |
||||||||||
20e etappe Havelock-Picton-Wellington 25 februari |
||||||||||
Vandaag alweer de laatste fietsetappe. Vooral de laatste week is omgevlogen. We fietsen zo ongeveer de hele weg langs de Queen Charlotte Sounds. Een prachtig fjord die we zowel vanaf de wal als later op de dag vanaf de ferry kunnen bewonderen Het weer is opnieuw fantastisch en dus warm. Het gaat weer behoorlijk op en af waarbij we zelfs nog een hoogte bereiken van zo'n 160 meter. Picton is echt zo'n bedrijvige ferryhaven. Onze boot naar Wellington ligt al gereed. De fietsen worden voor de zekerheid maar goed vastgemaakt. Grote trucks die ook meevaren, denderen langs je heen. Eerst zitten we een tijdje aan dek, maar al spoedig is het daar gewoon te warm en zoeken we verkoeling in de lounge op dek 7. De uitzichten in het fjord zijn magnifiek. Om 17.00 uur komen we in Wellington, een drukke (hoofd)stad aan. Het backpackers hotel (Dow town) ligt op korte afstand van de haven. Als we onze huurovereenkomst voor de camper nazien constateren we dat de pick-up plaats op geruime afstand van het centrum ligt. Als we telefonisch willen overleggen met de verhuurder Pacific Horizon dan blijkt dat dat vandaag niet meer kan. Dan het afscheidsdiner. Er is niets gereserveerd, dus is het even zoeken. We komen uit bij een Aziaat (Cambodjaans). Eerst moet de hele zaak worden verbouwd om tot een goede tafelschikking te komen. Big Willem draait daar z'n hand niet voor om. Bestelling en servering van het eten verlopen nogal wat rommelig, maar het eten is prima. De kosten kunnen zelfs nog uit de eetpot worden betaald. Dan richt de reisleider en later ook de kok het woord tot ons en danken voor de fijne samenwerking die deze reis ook voor hen tot een plezierig geheel hebben gemaakt. Wij op onze beurt hebben voor hen een boekje gemaakt waarin iedereen op z'n eigen wijze een afscheids- en dankwoord heeft geschreven. Ook hebben we een inzameling voor beiden gehouden. Aan mij, als nestor van de groep, wordt gevraagd om het afscheidswoord te doen namens allen. Ik ben niet zo'n spreker maar ik doe dat dit keer graag. Het zijn een paar onvergetelijke weken geweest. |
||||||||||