HSB Competitiereglement

Inhoudsopgave
Hoofdstuk 1 - Doel en toepassing 
Hoofdstuk 2 - Indeling van de competitie  
Hoofdstuk 3 - Promotie en degradatie 
Hoofdstuk 4 - Het rooster 
Hoofdstuk 5 - De opstelling der spelers 
Hoofdstuk 6 - De wedstrijd 
Hoofdstuk 7 - Slotbepalingen 
Reglement HSB-Bekercompetitie 
Boetebedragen

Waar in de artikelen van dit reglement sprake is van "hij", "zijn" of "speler" kan ook "zij", "haar" of "speelster" worden gelezen. (Uitgave september 2004, toevoeging t.o.v. vorig seizoen: art. 25.2)

Hoofdstuk 1 DOEL EN TOEPASSING

Artikel 1

Dit reglement geldt voor de ingevolge het Huishoudelijk Reglement van de Haagse Schaakbond ,hierna te noemen HSB, in elk wedstrijdseizoen tussen achttallen, hierna te noemen teams, van HSB-leden, hierna te noemen verenigingen, te organiseren competitiewedstrijden.

Artikel 2

  1. De algemene leiding van de in artikel 1 bedoelde wedstrijden berust bij de competitieleider. Hij is belast met de uitvoering en de handhaving van dit reglement en het beslissen in alle geschillen en onvoorziene gevallen, welke zich ter zake mochten voordoen. 
  2. Bij ontstentenis van de competitieleider wordt zijn functie waargenomen door een door het bestuur van de HSB aan te stellen plaatsvervanger.

Artikel 3

De verenigingen zijn gehouden al datgene te verrichten c.q. na te laten wat ter naleving van dit reglement noodzakelijk is en aan de competitieleider alle medewerking te geven c.q. inlichtingen te verstrekken, welke hij voor de uitoefening van zijn functie behoeft.

Artikel 4

  1. Van alle door de competitieleider genomen beslissingen staat voor de belanghebbende vereniging(en) beroep open bij de Commissie van Beroep. 
  2. Een beroep zoals in lid 1 omschreven, dient binnen veertien dagen na ontvangst van de schriftelijke beslissing van de competitieleider schriftelijk te worden ingediend bij de Commissie van Beroep. 
    Het beroepschrift dient vergezeld te gaan van een bedrag waarvan de hoogte door de Algemene Ledenvergadering van de HSB wordt vastgesteld. Dit bedrag wordt terugbetaald indien het beroep gegrond wordt verklaard. Indien het beroep niet gegrond wordt verklaard beslist de Commissie van Beroep of een deel er van wordt terugbetaald. Afschriften van het beroepschrift dienen gelijktijdig te worden gezonden aan de competitieleider en aan de betrokken vereniging(en). 
  3. De beslissingen van de Commissie van Beroep zijn bindend. Tegen de beslissing van de Commissie staan geen verder beroep open.

HOOFDSTUK 2 INDELING VAN DE COMPETITIE

Artikel 5

  1. Tot het deelnemen aan de competitiewedstrijden worden toegelaten teams van verenigingen. Deze zijn verplicht jaarlijks voor 1 augustus aan de competitieleider het aantal teams, waarmee in het komende verenigingsjaar aan de competitie wenst deel te nemen, op te geven. 
  2. Teams die in de competitiewedstrijden van de KNSB uitkomen, kunnen niet deelnemen aan de competitiewedstrijden van de HSB. 
  3. Een vereniging die een team aanmeldt dient ten minste tien leden te tellen. 
  4. Het is niet toegestaan een speler onder een pseudoniem te laten spelen, tenzij de werkelijke naam van de speler aan de competitieleider bekend is gemaakt.

Artikel 6

  1. De teams worden als volgt naar sterkte in groepen ingedeeld:
    a. een groep, genaamd Promotieklasse;
    b. twee groepen, genaamd 1e klasse A en B;
    c. drie groepen, genaamd 2e klasse A, B en C;
    d. groepen van de 3e en de 4e klasse, bestaan bij voorkeur uit acht teams.

Artikel 7

  1. De promotieklasse bestaat uit acht, negen of tien teams. 
  2. De groepen van alle overige klassen bestaan zoveel mogelijk uit acht teams. 
  3. In geen geval zal een groep uit meer dan tien teams mogen bestaan. 
  4. Het bepaalde in lid 2 is niet van toepassing op de derde en vierde klasse waarin eventueel kleinere groepen gevormd kunnen worden. 
  5. Bij het samenstellen van de groepen in een zelfde klasse wordt naar gelijkwaardigheid van parallelgroepen gestreefd. 
  6. Teams van een vereniging die in dezelfde klasse spelen, worden als regel in verschillende groepen geplaatst.

Artikel 8

  1. In alle groepen wordt een enkelvoudige competitie gespeeld, behalve wanneer een groep uit minder dan zes teams bestaat, in welk geval een dubbelrondige competitie plaatsvindt. 
  2. De eindstand in een groep wordt bepaald door het aantal behaalde wedstrijdpunten. 
  3. Indien het aantal wedstrijdpunten gelijk is, wordt de volgorde bepaald door het aantal bordpunten. 
  4. Een team dat zich heeft teruggetrokken of is uitgesloten eindigt als laatste in de betreffende groep. 
  5. Indien aan het einde van de competitie twee of meer teams in een groep hetzelfde aantal wedstrijdpunten en hetzelfde aantal bordpunten hebben behaald wordt de volgorde bepaald door het/de onderlinge resultaat/resultaten. Als dit ook gelijk is, beslist het/de onderlinge resultaat/resultaten aan de eerste zes, respectievelijk vier en twee borden. Als dit geen beslissing brengt wordt er geloot.

Artikel 9

  1. Het hoogst geëindigde team in de Promotieklasse krijgt de titel "Kampioen van de Haagse Schaakbond........." (onder toevoeging van het betrokken wedstrijdseizoen). 
  2. Het hoogst geëindigde team van elke groep ontvangt een aandenken. 
  3. Het team met het hoogste gemiddelde aan wedstrijd- respectievelijk bordpunten van alle groepen ontvangt de wisselbeker voor het beste resultaat van de teams.

Artikel 10

  1. Als grondslag voor de sterkte van de teams geldt, ten behoeve van de nieuwe groepsindeling, de eindstand van de competitie van het vorige wedstrijdseizoen, met inachtneming van hetgeen in de artikelen 12 en 13 ten aanzien van promotie en degradatie is bepaald. 
  2. Teams welke in het vorige wedstrijdseizoen niet aan de competitie hebben deelgenomen, worden ingedeeld in de laagste klasse. Het bestuur kan echter een dergelijk team in bijzondere gevallen in een hogere klasse indelen. 
  3. Teams welke in het vorige wedstrijdseizoen in de competitie van de KNSB hebben gespeeld en daaruit zijn gedegradeerd, worden ingedeeld in de Promotieklasse. 
  4. Een jeugdteam bestaat uit spelers die op 31 december van de lopende competitie nog geen 20 jaar oud zijn. In zo'n team mogen maximaal twee oudere spelers uitkomen. 
  5. In geval een vereniging tijdens de competitie niet in staat is zes jeugdspelers in een jeugdteam op te stellen, dan kan zij gedurende de eerste drie ronden het jeugdteam in een gewoon team omzetten door de competitieleider hiervan uiterlijk tien dagen voor de vastgestelde wedstrijd-datum in kennis te stellen. Bij een omzetting na de derde ronde worden twee wedstrijdpunten in mindering gebracht.

Artikel 11

De indeling van de teams wordt vastgesteld door het bestuur van de HSB met inachtneming van hetgeen in dit reglement ter zake is bepaald.

HOOFDSTUK 3 PROMOTIE EN DEGRADATIE

Artikel 12

  1. Promotie en degradatie geschieden automatisch. 
  2. Het hoogst geëindigde team van elke groep promoveert naar de naast hogere klasse. 
  3. Naar de naast lagere klasse degraderen: 
    a. het laagst geëindigde team van elke groep; 
    b. het op een na laagst geëindigde team van de Promotieklasse en van de groepen der eerste klasse: 
  4. Indien een groep uit meer dan acht teams bestaat, degradeert uit de desbetreffende klasse een team meer dan in lid 3 is voorzien, te weten dat team, dat van de resterende teams in die klasse het laagste gemiddelde aan wedstrijdpunten respectievelijk bordpunten heeft behaald. Deze bepaling is niet van toepassing op de Promotieklasse. 
  5. Indien na de toepassing van artikel 8, lid 5 nog steeds twee of meer teams in aanmerking komen voor promotie of degradatie, wordt een beslissingswedstrijd of een enkelvoudige beslissings-competitie gespeeld. Op de uitkomst van deze wedstrijd(en) wordt zonodig artikel 8 lid 5 toegepast.

Artikel 13

  1. Indien bij toepassing van artikel 10 lid 3 blijkt dat de Promotieklasse meer dan tien teams zou komen te bestaan, degraderen daaruit zoveel teams als nodig is om op het beoogde aantal te komen. 
  2. Indien bij de indeling blijkt dat een groep uit minder dan acht teams zou komen te bestaan, wordt die groep door versterkte promotie (in volgorde van sterkte) gecompleteerd tot acht teams. 
  3. Indien voor de toepassing van lid 2 twee of meer teams met gelijke gemiddelden aan wedstrijd- en bordpunten in aanmerking komen, wordt een beslissingswedstrijd(en) gespeeld.

HOOFDSTUK 4 HET ROOSTER

Artikel 14

Het wedstrijdseizoen vangt aan in september of oktober en eindigt als alle resultaten van de wedstrijden vaststaan, doch uiterlijk in de maand april daarop volgend.

Artikel 15

  1. De competitieleider stelt het rooster van de te spelen wedstrijden vast. Hij zorgt voor een zo billijk mogelijke afwisseling van uit- en thuiswedstrijden en een zo billijk mogelijke verdeling van de te maken reizen. 
  2. Indien in een groep meer dan één team van dezelfde vereniging is ingedeeld, vinden de wedstrijden tussen deze teams in de eerste ronde(n) plaats. 
  3. Tegelijk met het verstrekken van de verlangde gegevens als bedoeld in artikel 5 lid 1 kunnen de verenigingen wensen ten aanzien van de vaststelling van de wedstrijddata kenbaar maken. De competitieleider houdt bij het vaststellen van het rooster met deze wensen zoveel mogelijk rekening.

Artikel 16

  1. De wedstrijden worden op de vastgestelde data gespeeld. 
  2. In onderling overleg mogen verenigingen een andere datum vaststellen, mits goedkeuring door de competitieleider is verleend.

Artikel 17

  1. Een wedstrijd kan slechts wegens bijzondere, zeer dringende redenen - en met goedvinden van de competitieleider - worden uitgesteld. 
  2. Een verzoek tot uitstel moet, indien zich naar het oordeel van de verzoekende vereniging een reden als bedoeld in lid 1 voordoet, terstond, doch niet later dan tien dagen voor de vastgestelde wedstrijddatum, schriftelijk bij de competitieleider worden ingediend onder mededeling van het resultaat van het overleg met de tegenpartij. 
  3. In geval van overmacht - ter beoordeling van de competitieleider - ten gevolge waarvan aan het bepaalde van lid 2 niet kan worden voldaan, is de verzoekende vereniging verplicht terstond telefonisch contact op te nemen met de tegenpartij en de competitieleider. 
  4. Indien de competitieleider uitstel toestaat, bepaalt hij zo spoedig mogelijk, onder raadpleging van beide verenigingen, een nieuwe datum en plaats voor de wedstrijd. Hierbij wordt als richtlijn aan-gehouden dat, behoudens volstrekte onmogelijkheid, de wedstrijd voor de volgende ronde moet worden gespeeld.

Artikel 18

De plaats waar een wedstrijd wordt gespeeld, is die waar de thuis spelende vereniging is gevestigd.

Artikel 19

  1. Alle partijen van een wedstrijd moeten gelijktijdig gespeeld worden. 
  2. Van het bepaalde in lid 1 mag worden afgeweken: 
    a. voor partijen waarbij spelers betrokken zijn van wie tegelijk met de opgave van de teams is meegedeeld, dat zij om redenen van godsdienstige aard bezwaar hebben tegen het spelen op een bepaalde dag of dagen. Dit geldt ook voor invallers, mits voldaan is aan het bepaalde in lid 4 van dit artikel; 
    b. in onderling overleg. 
  3. Partijen zoals omschreven in lid 2 moeten voor de vastgestelde wedstrijddatum gespeeld worden. De bepalingen betreffende speeltijd, tempo, aanvangsuur en dergelijke zijn dezelfde als die voor de wedstrijd. 
  4. Een verzoek om een of meer partijen als bedoeld in lid 2 sub. a. vooruit te spelen moet tenminste tien dagen voor de vastgestelde wedstrijddatum aan de tegenpartij worden gedaan. 
  5. Het aantal vooruit te spelen partijen mag nimmer hoger zijn dan drie.

HOOFDSTUK 5 DE OPSTELLING DER SPELERS

Artikel 20

Een speler in een competitiewedstrijd moet op de wedstrijddatum over­eenkomstig de desbetreffende bepalingen van het Huishoudelijk Regle­ment bij de HSB bekend zijn als hoofdlid van de vereniging waarvoor hij uitkomt.

Artikel 21

Een speler kan in de lopende competitie slechts voor één vereniging uitkomen, behoudens vooraf gegeven dispensatie door het HSB-bestuur.

Artikel 22

  1. De verenigingen zijn verplicht jaarlijks voor een door de competitie-leider bekend gemaakte datum, welke voor de aanvang van het wedstrijdseizoen ligt, de opstelling van hun aan de HSB- en aan de KNSB-competitie deelnemende teams aan de competitieleider te zenden. 
  2. Hij, die overeenkomstig artikel 22.1 als speler wordt aangemeld, dient lid te zijn van de betrokken vereniging en als zodanig (niet zijnde dubbellid) bekend te zijn bij de KNSB. 
  3. Een speler mag in een wedstrijd slechts eenmaal voor hetzelfde team uitkomen. 
  4. Na de in lid 1 bedoelde datum kan een team dat als seniorenteam is opgegeven niet meer in een jeugdteam worden omgezet. 
  5. Niet nakomen van de verplichting van lid 1 wordt per ontbrekend gegeven bestraft met een boete, onverminderd de verplichting tot nakoming.

Artikel 23

  1. Hij, die overeenkomstig artikel 22 als speler van een team is aangemeld, mag in het des betreffende wedstrijdseizoen niet uitkomen voor een lager team. 
  2. Hij, die niet overeenkomstig artikel 22 als speler van een team is aangemeld (reserve) mag, nadat hij voor de eerste maal in enig team heeft gespeeld, in dezelfde competitie nog slechts uitkomen in hetzelfde, het naasthogere en het naastlagere team. 
  3. Voor een niet -aangemelde  (reserve) speler geldt dat het meer dan tweemaal uitkomen voor het hogere team het daarna uitkomen voor een lager team uitsluit. Een aangemelde speler mag nooit mee dan drie keer invallen in een hoger team.
  4. De bepalingen van de vorige leden van dit artikel zijn ook van toepassing op de speler die behoort tot, dan wel speelt voor een of meer teams, uitkomende in de KNSB-competitie (met uitzondering van de KNSB-bekercompetitie). 
  5. Indien een speler door meer dan één vereniging wordt aangemeld, moet(en) de vereniging(en) waarvoor de betrokken speler niet uitkomt de opstelling van de betrokken speler teniet doen door het desbetreffende team te completeren. 
  6. Iedere aan het begin van het wedstrijdseizoen voor een team aangemelde speler moet tenminste eenmaal voor het desbetreffende team uitkomen. Op overtreding staat een boete per geval, behoudens door het HSB-bestuur te beoordelen bijzondere omstandigheden. 
  7. Indien van een vereniging twee of meer teams in dezelfde klasse van de KNSB-competitie deelnemen, wordt het opstellen van een reservespeler in een van die teams voor de bepalingen van het HSB-competitiereglement steeds beschouwd als een plaatsing in het laagste van die teams. Het invallen in een KNSB-team voordat de HSB-competitie is begonnen blijft buiten beschouwing.

Artikel 24

Bij overtreding van de bepalingen vastgelegd in de voorgaande artikelen van dit hoofdstuk verklaart de competitieleider de partij verloren voor de speler die ten onrechte aan de desbetreffende wedstrijd heeft deelgenomen.

HOOFDSTUK 6 DE WEDSTRIJD

Artikel 25

  1. Gespeeld wordt volgens de algemeen geldende regels voor het schaakspel, zoals omschreven in het FIDE-reglement (laatste Nederlandse vertaling). 
  2. Telefoneren in de speelzaal is niet toegestaan. Indien er tijdens de wedstrijden een mobiele telefoon hoorbaar is, zal de wedstrijdleider aan de eigenaar van de telefoon een reglementair verlies toekennen. Het niet hoorbaar afgaan van een telefoon (b.v. door de trilfunctie) zal niet worden bestraft.

Artikel 26

De ontvangende vereniging dient er voor te zorgen dat een exemplaar van het FIDE-reglement en van het HSB-competitiereglement in de speelzaal aanwezig zijn.

Artikel 27

  1. Als wedstrijdleider treedt overeenkomstig het FIDE-reglement op degene die als zodanig door het bestuur van de ontvangende vereniging wordt aangewezen. Hij dient ter zake kundig te zijn. Zijn naam wordt aan het begin van de wedstrijd aan de spelers bekend gemaakt. 
  2. De wedstrijdleider is niet gerechtigd deel te nemen aan de wedstrijd, behalve bij een vereniging die met één team aan de competitie deelneemt. 
  3. Wanneer een teamleider het met een beslissing van de wedstrijdleider niet eens is, kan hij daartegen bezwaar maken bij de competitieleider. 
  4. Een bezwaar als bedoeld in lid 3 moet tot uitdrukking worden gebracht bij ondertekening van het wedstrijdformulier door vermelding van "onder bezwaar" en moet binnen zeven dagen na de wedstrijd schriftelijk worden toegelicht bij de competitieleider. Gelijktijdig moet een afschrift van de toelichting aan de tegenpartij worden gezonden. 
  5. De tegenpartij heeft gedurende zeven dagen na ontvangst van het in lid 4 bedoelde schrijven gelegenheid desgewenst harerzijds een schriftelijke uiteenzetting aan de competitieleider te verstrekken, eveneens onder toezending van een afschrift daarvan aan de andere belanghebbende partij. 
  6. De competitieleider neemt zo spoedig mogelijk na het verstrijken van de in lid 5 genoemde termijn een beslissing, welke hij schriftelijk ter kennis van de belanghebbenden brengt. Indien hij alvorens te beslissen nog nadere toelichting behoeft, kan hij die schriftelijk bij een of beide partijen inwinnen.

Artikel 28

De spelers van het thuis spelende team hebben aan de oneven genummerde borden de zwarte stukken en aan de even genummerde borden de witte stukken. 
In beslissingswedstrijden wordt geloot om de kleur aan het eerste bord.

Artikel 29

  1. Het spelen met de klok is verplicht. 
  2. De speeltijd voor elk der spelers bedraagt 1.45 uur. Voor wedstrijden waaraan jeugdteams deelnemen geldt een speeltijd van 1.30 uur voor elk der spelers. 
  3. De wedstrijd mag niet onderbroken worden, tenzij het FIDE- reglement anders bepaalt.

Artikel 30

  1. Voor een partij in de HSB competitie-wedstrijd waarbij een blinde of zeer slecht ziende speler betrokken is, die gebruik moet maken van speciale hulpmiddelen om het schaakspel te spelen, is het tempo bij seniorwedstrijden 40 zetten in 1 uur en 45 minuten en bij jeugdwed-strijden 35 zetten in 1 uur en 30 minuten (Art. 29 is hier niet van toe-passing.) 
  2. Indien de partij nog niet binnen de vastgestelde tijd beëindigd is, wordt de partij afgebroken en op een andere dag (binnen 15 dagen) uitge-speeld, waarbij het speeltempo hetzelfde is als in de eerste zitting. De spelers maken een afspraak over de datum en plaats waar gespeeld wordt; dit moet aangegeven worden op het wedstrijdformulier. 
  3. Indien men hierover geen overeenstemming bereikt dan beslist de competitieleider waar en wanneer er wordt gespeeld.

Artikel 31

De aanvangstijd is 19.45 uur (voor wedstrijden waaraan tenminste één jeugdteam deelneemt 19.30 uur) of zoveel vroeger als tevoren in onderling overleg is overeengekomen.

Artikel 32

  1. Voor een gewonnen partij wordt aan de winnaar een bordpunt toegekend. Voor een remisepartij krijgen beide spelers een half bordpunt. 
  2. Aan het team dat in een wedstrijd het grootste aantal bordpunten behaalt worden twee wedstrijdpunten toegekend. Behalen beide teams evenveel bordpunten, dan wordt aan elk team een wedstrijdpunt toegekend. 
  3. Indien een team tijdens de competitie wordt teruggetrokken of uitgesloten, worden de resultaten van de door dat team gespeelde wedstrijden buiten beschouwing gelaten.

Artikel 33

  1. Bij aanvang van de wedstrijd moeten speeltijd en speeltempo door de wedstrijdleider duidelijk kenbaar worden gemaakt. 
  2. Indien het spelmateriaal (borden, stukken en/of klokken) op het aanvangsuur niet beschikbaar is, wordt de dientengevolge verloren speeltijd in mindering gebracht op de speeltijd van de thuis spelende vereniging. 
  3. Voor het begin van de wedstrijd overhandigen de teamleiders de opstelling van de teams aan de wedstrijdleider, waarin de spelers aan de borden zullen plaats vinden. Bij afwezigheid van de opstelling dienen spelers voor het plaatsnemen aan de wedstrijdtafel schriftelijk aan te geven op welk bord zij spelen.

Artikel 34

  1. Op het wedstrijdformulier dient de gedetailleerde uitslag te worden vermeld. Het wedstrijdformulier moet worden ondertekend door de wedstrijdleider en de beide teamleiders. Direct na afloop van de wedstrijd dient het formulier door de teamleider van de thuis spelende vereniging aan de competitieleider te worden verzonden, zodat deze het uiterlijk 3 x 24 uur na de wedstrijd in zijn bezit heeft. De teamleider van de bezoekende vereniging ontvangt een afschrift van het ondertekende wedstrijdformulier. 
  2. Indien een of meer spelers niet zijn opgekomen, dient op het wedstrijdformulier achter de desbetreffende naam of namen "niet opgekomen" (n.o.) te worden vermeld.

Artikel 35

Het niet nakomen van de verplichtingen genoemd in artikel 34 lid 1 kan worden bestraft met een boete, onverminderd de verplichting tot nakoming. Wordt na herhaalde aanmaning door de competitieleider dan nog niet aan de verplichting(en) voldaan dan kan de competitieleider besluiten de wedstrijd in een 8-0 nederlaag voor de in gebreke blijvende vereniging om te zetten.

Artikel 36

  1. Indien een team niet met tenminste vijf spelers (minus de spelers die voor uitgespeeld hebben) een uur na de vastgestelde aanvangstijd in het wedstrijdlokaal aanwezig is wordt, behoudens in geval van overmacht, dit ter beoordeling van de competitieleider, dit team bestraft met een aftrek van twee wedstrijdpunten, ook indien het team nog geen wedstrijdpunten heeft. De vereniging van het betreffende team wordt tevens bestraft met een boete. 
  2. Indien de situatie van lid 1 door overmacht wordt veroorzaakt, bepaalt de competitieleider een nieuwe plaats en datum voor de wedstrijd. 
  3. Een team dat niet meer beschikt over tenminste vijf gerechtigde spelers wordt uit de competitie verwijderd (zie ook artikel 32 lid 3). 
  4. Een team dat weigert een vastgestelde wedstrijd te spelen wordt voor de rest van het speelseizoen van de competitie uitgesloten; de desbetreffende vereniging is dan een boete verschuldigd.

Artikel 37

Ieder team dient op de wedstrijdavond te beschikken over een teamleider. Een teamleider heeft het recht de spelers van zijn team te adviseren een remiseaanbod te doen of aan te nemen, dan wel een partij op te geven. Hij dient zich uitsluitend tot korte informatie te beperken, alleen op basis van de omstandigheden die betrekking hebben op de wedstrijd. Hij mag een speler adviseren "bied remise aan", of "geef de partij op". Als hem bijv. door een speler wordt gevraagd of hij remise mag aannemen, moet de teamleider antwoorden met "ja", "neen" of de beslissing aan de speler zelf overlaten. De teamleider dient zich te onthouden van elke bemoeienis gedurende de partij. Hij mag geen speler inlichtingen geven over de positie op het schaakbord. 
Ofschoon er in een teamwedstrijd een zekere mate van loyaliteit t.o.v. het team is, die uitgaat boven de eigen partij, is een schaakpartij in principe een wedstrijd tussen twee spelers. Om die reden moet een speler de uiteindelijke zeggenschap hebben over het verloop van zijn eigen partij. Hoewel het advies van de teamleider voor de speler zwaar dient te wegen is de speler absoluut niet verplicht de raad op te volgen. Evenzo kan de teamleider niet namens een speler handelen over de partij zonder voorkennis en toestemming van deze speler.

HOOFDSTUK 7 SLOTBEPALINGEN

Artikel 38

De hoogte van de boetes alsmede die van de waarborgsom voor een in te stellen beroep bij de Commissie van Beroep wordt ieder jaar door de Algemene Vergadering vastgesteld.

Artikel 39

In gevallen waarin het reglement niet voorziet beslist de competitieleider. Dit competitiereglement vervangt het laatstelijk na de Algemene Vergadering van 24 september 1997 in druk uitgegeven competitiereglement met de daarin sindsdien aangebrachte wijzigingen en aanvullingen; het is daarop aansluitend met ingang van het speelseizoen 2000 - 2001 van toepassing. Aldus vastgesteld in de Algemene Vergadering van de HSB gehouden te Den Haag op 19 april 2000.

Reglement HSB-Bekercompetitie

Artikel 1 

Tot het deelnemen aan de HSB-bekerwedstrijden wordt toegelaten één team van bij de HSB aangesloten verenigingen, dat daartoe voor een door de competitieleider bekend gemaakte datum bij hem moet zijn aangemeld.

Artikel 2 

Een team bestaat uit vier personen en een teamleider. Het is toegestaan dat een van de vier spelers als teamleider optreedt.

Artikel 3 

Aan de HSB-bekerwedstrijden mogen alleen spelers deelnemen die (voor dezelfde vereniging) speelgerechtigd zijn voor de HSB-competitie. Incidentele dispensatie kan door het HSB-bestuur worden verleend.

Artikel 4 

De bekerwedstrijden staan onder leiding van de competitieleider van de HSB, die belast is met het opstellen van het wedstrijdprogramma, het uitvoeren van de benodigde lotingen en met de uitvoering en handhaving van dit reglement.

Artikel 5 

De wedstrijden worden gespeeld in de periode oktober t/m maart met uitzondering van de maand december.

Artikel 6 

De bekerwedstrijden worden gespeeld volgens het knock-out systeem. Als het aantal deelnemende teams afwijkt van 8, 16 of 32 wordt er een ronde gespeeld zodat er voor de tweede ronde juist 8, 16 of 32 teams overblijven.

Artikel 7 

Het wedstrijdprogramma wordt door loting vastgesteld.

Artikel 8 

De wedstrijdsecretarissen van de verenigingen dienen onderling een speeldatum overeen te komen. Deze datum dient voor de 10e van de maand waarin wordt gespeeld bekend te zijn bij de competitieleider.

Artikel 9 

Een team dat een uur na het vastgestelde begin van de wedstrijd niet met tenminste twee spelers is opgekomen, wordt geacht in zijn geheel niet te zijn opgekomen en verliest reglementair met 4-0, tenzij het overmacht kan aantonen bij de competitieleider.

Artikel 10 

Voor het begin van de wedstrijd overhandigen de leiders van de viertallen gelijktijdig de opstelling van de teams aan de wedstrijdleider in de volgorde waarin de spelers aan de borden zullen plaatsnemen. Eerst daarna geschiedt de loting voor de kleurverdeling en wel tegelijk voor de beide oneven genummerde borden. De even genummerde borden krijgen de tegenovergestelde kleur.

Artikel 11 

Er wordt gespeeld volgens de algemeen geldende schaakregels, zoals omschreven in het FIDE-reglement.

Artikel 12 

De thuis spelende vereniging dient er zorg voor te dragen dat een exemplaar van het FIDE-reglement, het HSB-competitiereglement alsmede van dit reglement in het wedstrijdlokaal aanwezig zijn.

Artikel 13 

De speeltijd voor elk der spelers bedraagt 1.45 uur, overigens is Artikel 29 van het HSB-competitiereglement van toepassing.

Artikel 14 

Een wedstrijd wordt gewonnen door het team dat de meeste bordpunten behaalt. Indien beide teams evenveel bordpunten hebben behaald wordt de uitslag bepaald door een bordvolgorde welke door middel van een loting voor aanvang van de wedstrijdronde door de competitieleider wordt bepaald en die de verenigingen voor de wedstrijd in een gesloten enveloppe ontvangen. De enveloppe mag uitsluitend na de wedstrijd worden geopend. Bij vier remises wordt er geloot.

Indien beide teams er de voorkeur aangeven om bij een gelijke stand de wedstrijd te beslissen met een snelschaakpartij aan alle vier de borden van 10 minuten per persoon per partij is dat toegestaan. Een afspraak voor deze wijze van beslissen dient voor de wedstrijd te zijn gemaakt en bij de spelers bekend te zijn.

Artikel 15 

De finaleronde zal bij een gelijke stand opnieuw worden gespeeld maar dan bij de oorspronkelijk uitspelende vereniging. Eindigt de wedstrijd opnieuw gelijk dan zal de finale worden beslist door snelschaakpartijen.

Artikel 16 

De wedstrijdsecr. van de thuis spelende vereniging dient er zorg voor te dragen dat het wedstrijdformulier, met de gedetailleerde uitslag en ondertekend door de beide teamleiders, uiterlijk drie dagen na de wedstrijd in het bezit is van de competitieleider. De verstrekte lotingsvolgorde dient bij het formulier te zijn bijgesloten.

Artikel 17 

Voor zover van toepassing geldt voor de HSB-bekerwedstrijden eveneens het HSB-competitiereglement.

Artikel 18 

In onvoorziene gevallen beslist de competitieleider, tegen wiens beslissingen beroep openstaat conform het bepaalde in Artikel 4 van het competitieregle-ment van de HSB.

Dit bekerreglement vervangt het reglement dat werd uitgegeven op 25 september 1995 en is met ingang van het speelseizoen 1997 - 98 van toepassing. Aldus vastgesteld in de Algemene Vergadering van de HSB gehouden te Den Haag op 16 april 1997.

Boetebedragen

  1. Het niet tijdig toezenden van het aanmeldingsformulier € 5,50 
  2. Het niet tijdig toezenden van de teamopgaven € 5,50 
  3. Het niet tijdig toezenden van het wedstrijdformulier € 5,00 
  4. Het niet opkomen bij een vastgestelde wedstrijd € 20,00 
  5. Het terugtrekken van een team na aanmelding of tijdens de competitie € 20,00 
  6. Het weigeren een vastgestelde wedstrijd te spelen € 20,00 
  7. Het niet spelen van een speler in een team waarvoor hij/zij is opgegeven € 20,00 
  8. De kosten van een beroep bij de commissie van beroep. € 20,00 (deze kosten kunnen geheel of gedeeltelijk worden gerestitueerd)